India en China zijn de grootste haar leveranciers van de wereld. Het haar uit India wordt hoofdzakelijk geofferd in de Hindoestaanse tempel Tirumala gelegen bovenop de berg, naast de stad Tirupatie, in het zuiden van India. Dagelijks ontvangt dit bedevaartsoort zo’n 40.000 Pelgrims en op drukke dagen zelfs 100.000 Pelgrims die komen bidden voor hun heil. Dit offeren is een eeuwenoud gebruik en gebeurt inmiddels al 2000 jaar. De tempels in India hebben voor de Hindoestanen dezelfde status als Mekka voor de moslims en het Vaticaan voor de katholieken.
De Pelgrims komen vanuit alle windstreken en klimmen met een volle bos haar de berg op naar boven en komen met een kaalgeschoren hoofd weer naar beneden. Voordat de Pelgrims toegang krijgen tot de meest heilige plek van het complex krijgen ze eerst een gratis scheerbeurt. Pas dan mogen ze bidden voor het beeld van de god Venkateswara. Mannen, vrouwen en kinderen worden kaalgeschoren of geknipt door één van de 650 kappers die het complex in dienst heeft.
De haren die geofferd worden, belanden voor de opkomst van de hairextensions op straat of werden verbrand. Sinds de Pelgrims weten dat de haren niet verbrand hoeven te worden maar er hier een markt voor is in de westerse wereld, worden de haren opgeslagen in containers. Deze containers bevatten om de 2 maanden ongeveer 45.000 kilo mensenhaar. Het haar wordt geveild aan de verschillende opkopers die gemiddeld 550 euro per kilo betalen voor kwalitatief het beste haar (triple-A) van minimaal 40 centimeter lengte. In principe mag iedereen het rauwe haar kopen. De regel van de tempel is: “Wie het meeste biedt krijgt de beste kwaliteit haar”.
De Pelgrims zien graag dat hun haar wordt afgeschoren want hiermee zijn ze rein, worden ze gezegend en kunnen ze hun dankbaarheid voor het leven tonen. Veel Pelgrims weten wel dat hun haar wordt doorverkocht en dat de tempel hier veel geld voor krijgt, maar ze maken zich hier geen zorgen over omdat de tempel het geld aan goede doeleinden besteedt. Zo geeft de tempel gratis onderdak en eten aan de Pelgrims en zijn ze in het bezit van ziekenhuizen en scholen waar de Pelgrims gratis gebruik van mogen maken.